Een stortvloed aan prestaties werd op de inspiratie-avond “christen zijn in je eigen omgeving” over de ruim 70 bezoekers uitgestrooid. Het lijkt alsof er een groot missionair elan in Delft en overal gewerkt en gebeden wordt. Toch hadden ook al de de presentaties een eigen insteek, doel of doelgroep voor over en het duizelde je soms wat je nu met al deze informatie ,meestal van successtory’s aan moet.
De avond was georganiseerd door het Interkerkelijk Missionair Beraad en de commissie Geloven in Delft van de Protestantse Gemeente Delft en bood in het tweede gedeelte bewoners uit verschillende wijken de mogelijkheid om na te denken hoe zij in hun buurt christen zijn en samen hun christelijk presentie (willen) uiten.
Sterkste boodschap van de kerk = samenleven
Ewout van Oosten schetste hoe de doorgaande individualisering en secularisatie het traditionele beeld van een familie die zondags gezamenlijk naar de kerk liep had doorbroken. Kerken worden regionaler en afstanden relatief korter, bovendien kiest ieder nu een kerk die bij hem/haar past. Gevolg is de kerk minder contact heeft met de buurtgenoten of christenen in de wijk zelf.
Van Oosten wijst erop dat Bijbel niet voor individuen , maar voor groepen is geschreven en dat de gemeenschap en dus het samenleven de sterkste boodschap van de kerk is. Hij ziet het dan ook als een tegennatuurlijk beweging als je deze sterke kant van samenleven loslaat en op een andere plek missie gaat bedrijven.
Uit onderzoek blijkt dat de slechts 6% van de Nederlandse bevolking zich aangetrokken voelt tot de liturgie in de kerken en Van Oosten pleit voor lokaal missionaire leefgemeenschappen, waar mensen met elkaar en met God leven. Tijdens de avond blijkt dat er naast Taste nog twee leefgemeenschappen in de knop zitten.
Alhoewel van Oosten een sterk punt heeft dat de zorg voor elkaar een van de sterkste punten van de kerk is en dat de bijbel gericht is groepen, is er naast de geborgenheid en de comfortzone van de groep ook een uitdaging nodig. De kerken zijn er niet voor zichzelf. Verder lijkt het idee van leefgemeenschappen misschien voor jongeren naar niet voor iedereen weggelegd.
Een familie, huis en aanlegplaats
Leon Brouwer van de Christelijke Gereformeerde Kerk liet zien hoe zij als kerkelijke gemeenschap met “Het Boek” ( de voormalige bibliotheek Tanthof) als uitgangspunt present zijn in Tanthof. De methode die zij daarvoor gebruiken is die van Nederland Zoekt , die veel werkt met figuren. Deze start bij wat er feitelijk is om vervolgens te dromen van wat kan, om dan de eerste stap te zetten naar wat zal. Een veelheid aan activiteiten rond ontmoeting en netwerken en kerstwandelingen is intussen ontstaan. Leons doel of droom is dat het familie gevoel in zijn kerk ook het familiegevoel van heel Tanthof mag worden, en “het Boek” zowel huis als aanlegplaats wordt.
Eat en Great
Tineke Scheepstra vertelde hoe de Vrijgemaakte kerk zich verbonden had met “Delft-project” en hoe de simpele uitnodiging aan studenten om mee te eten met Eat en Great hun gemeenschap opener en gastvrijer had gemaakt.
Proeven van Samen Leven
Pieter Jan Rodenburg laat in 5 stappen stappen zien wat hij en de leefgemeenschap Taste in de afgelopen jaren had geleerd.
- in de eerste fase hebben de bewoners van Taste vooral aandacht besteed aan elkaar hun tuin en hun geloof, onder het motto ‘je kan niet uitdelen van wat je niet hebt’.
- de tweede les was, dat ze zich niet wilde laten overvoeren door acties. Dat was vermoeiend. Relaties en gesprek “er zijn” is belangrijker dan doen.
- grote valkuil is dat je iets vóór de buurt wilt doen en niet mét. Nodig de buurtbewoners en geef hen ook zelf verantwoordelijkheid.
- alles komt samen in het het samen eten, drinken, praten; kortom het samen leven
- tot slot ; Laat je verrassen door God
Ton – Gods Bouwer
Als vrolijke klusser Bob de Bouwer vertelde Ton Nap hoe hij als bouwer van God mensen helpt in de Buitenhof. Door er zo behulpzaam present te zijn en mensen in daad en in woord – Ton vraagt altijd of de mensen erbij willen zijn als hij voor de klus en de mensen bidt – wil hij Gods presentie laten zien.
Jezus zijn in het donker
Als tegenhanger vertelde Harmen van der Laan hoe hij actief is bij het Rode dorp . Harmen vertelt hoe hij als als gereformeerd jongen dicht bij mensen wil staan, maar dat deze opvoeding en traditie in de weg kan staan. Harmen zit vol ideeën voor buurtwerk en wil niet dat geloof een struikelblok vormt. In de samenwerking van de Rode Feniks gaat het er soms fel aan toe en Harmen leert hoe hij ook chagrijnig mag zijn en niet de “verwachte daden van christen” hoeft te doen .
Eén keer botste het zo dat het hem niet lekker zat en hij vroeg na de ruzie of hij mocht bidden. Dat gebed sloeg aan dat later de medewerkers vroegen of hij nog een keer wilde bidden want we hebben het nodig.
In het kort vat Harmen het samen: Wees onchristelijk, wees chagrijnig en laat ons Jezus in het donker zijn.
Na de pauze staken de bewoners uit verschillende wijken de koppen bij elkaar om na te denken hoe ze christen zijn in de buurt en hoe ze elkaar van dienst kunnen zijn .